Goud, zilver én brons!

Als iemand Frank afgelopen winter had voorspeld dat hij met zijn Alphaville NOP met succes zijn wereldtitel van vier jaar geleden in het Amerikaanse Tryon zou verdedigen, had hij gezegd dat het onmogelijk was.

Afgelopen winter was zijn Alf dusdanig ziek, dat hij door de dierenartsen was opgegeven. Frank kreeg het advies om zijn paard in te laten slapen. Door de volhardendheid van Frank en het luisteren naar en geloven in zijn paard, is Alphaville NOP er weer helemaal bovenop gekomen. De combinatie was zelfs zo in vorm dat ze geselecteerd werden voor het Wereldkampioenschap in het Deense Herning. Frank: “Ik heb met de bondcoach Joyce van Rooijen-Heuitink afgesproken dat ik Alphaville NOP alleen mee zou nemen als hij echt fit en in vorm genoeg zou zijn om te kunnen strijden om de medailles.”

Dat Alphaville NOP in vorm verkeerde bleek al tijdens de eerste proef, waarbij ze op een haar na (0.02%) net geen zilveren medaille wonnen. Het werd brons met een prachtige gouden rand. “Ik ben super blij”, zegt een stralende Frank. “Dit is tot nu toe de beste score van dit seizoen. De gehele proef ging goed, er was geen moment in de ring dat ik dacht ‘nou, dit kon beter’. Misschien mocht het hier en daar nog lichtvoetiger, maar ik heb er van tevoren net iets te lang opgezeten. Het is stiekem best warm en ik had achteraf iets langer moeten stappen”. Over zijn tweede proef, die telt voor de landenwedstrijd en een teammedaille, zegt hij: “Nou, dan moeten we vooraf dus iets korter losrijden. Die proef is technischer en dat past mij net iets beter, dus op naar zaterdag!”

Dankzij twee fantastische scores van teamgenoten Sanne Voets met Demantu RS2 NOP en Demi Haerkens met EHL Daula, behoort een gouden teammedaille in de landenwedstrijd opeens, onverwacht tot de mogelijkheden. Gastland en kanshebber Denemarken en geduchte tegenstanders Amerika en Engeland hebben allemaal al gereden als Frank met zijn Alf aan de start verschijnt. Denemarken heeft een indrukwekkend puntentotaal verzameld en staat bovenaan in het klassement. De missie voor Frank en Alf was duidelijk: een score van boven de 75,3% en het goud is voor Nederland.

Met behoorlijk wat druk op zijn schouders, begint Frank met een brede glimlach en vol vertrouwen aan de proef. Een zeer sterk begin, maar de score daalt in het midden een beetje. Dankzij een zeer sterk gereden galopdeel gaat de score weer omhoog. Het wordt aan het einde heel spannend als de laatste punten gegeven worden. De omroeper begint de punten om te roepen, maar dan klinkt er vanuit de oranje equipe al een enorm gejuich. Die hadden de totale score al gezien; 75.786% en dus goud voor het Nederlandse team met een wereldrecord aan punten! Het zilver ging naar Denemarken en de USA won brons.

Het Nederlandse paradressuurteam is met het behalen van het wereldkampioenschap het eerste team dat zich plaatst voor de Paralympische Spelen in Parijs 2024. Wie uiteindelijk dat team gaan vormen wordt pas bepaald in 2024 na de selecties die daarvoor worden uitgeschreven.

Met al twee prachtige medailles op zak, begint Frank aan het laatste deel van het kampioenschap; de kür op muziek. Het was alsof het vanzelf ging, Alphaville was superfit en Frank hoefde alleen maar te sturen. Gedragen door de muziek van de ‘Slave to the rythm’ kür knalde het duo door de magische 80% grens en behaalden ze 80,780% wat goed was voor het zilver in de afsluitende wedstrijd.

Voor Frank was dit zijn 4e wereldkampioenschap en voor Alphaville NOP het derde wereldkampioenschap en 10 internationale kampioenschap op rij, waarbij zowel Frank als Alphaville nog nooit zonder medaille thuis zijn gekomen. Dat op zich is al een prestatie van wereldklasse. In Denemarken kwam het aantal medailles dat Alphaville NOP won op internationale kampioenschappen op 28 stuks, waarvan 10 bronzen, 10 zilveren en maar liefst 8 gouden medailles!

‘Veel belangrijker dan al die medailles, is dat Alphaville er weer helemaal bovenop gekrabbeld is, dat hij plezier heeft in het werk en de wedstrijden en dat hij geniet van alle aandacht die hem toekomt. Waar dat ons nog brengt, zien we wel.” Aldus Frank.